Elsevier.nl, vrijdag 07/09/2012:
"Samsom, Alexander Pechtold (D66) en ook Sybrand van Haersma Buma van het CDA beweerden dat ze, onder welke omstandigheden dan ook, Zuid-Europa zouden helpen. Een vreemde bewering." (lees hier)
Inderdaad een vreemde bewering, maar om andere redenen dan de redenen die door de heer Elian (terecht) in dit stuk aangevoerd worden. De genoemde heren weten immers heel goed, dat geld blijven pompen in noodlijdende landen zoals Griekenland, Spanje, Portugal en wellicht ook Italië de euro niet kan redden. Zoals de heer Elian geheel terecht opmerkt, de euro kan alleen binnen een politieke unie functioneren. Met andere woorden, de eurocrisis is in de kern een politieke crisis en vraagt daarom om een politiek oplossing: een verdergaand politieke integratie van de eurolanden. Dit is wat de genoemde heren voor tekenen, ten minstens als zij hun uitspraken van de afgelopen tijd ook werkelijk serieus menen.
We hebben al
eerder opgemerkt dat de Europese Unie geen echte democratie zou kunnen zijn. Een democratie, zoals de naam het zegt, vraagt om een demos en een demos is geen abstract en bedacht geheel van honderden miljoenen individuen met zeer uiteenlopende culturele, religieuze, etnische, nationale en institutionele achtergronden. Een demos vraagt om een gemeenschappelijke taal, cultuur en geschiedenis en om een sterk gedeeld realiteitsbesef en een gevoel van lotsverbondenheid, die kunnen ontstaan en bestaan als mensen werkelijk, langdurig en nauw met elkaar moeten samenleven. Men zou zich terecht kunnen afvragen of de 17 miljoen inwoners van Nederland nog een demos vormen, maar de
500 miljoen inwoners van de EU vormen zeker geen demos en zonder demos is er geen democratie.
Het hoogst bereikbare voor de EU is een soort formele democratie waarbij de Europese "burgers” weliswaar bepaalde politieke rechten hebben, zoals actief en passief stemrecht ed. Maar in werkelijkheid zou er weinig van de waarden die zulke rechten vertegenwoordigen - vrijheid en zelfbeschikking - terecht komen. De divergentie binnen de EU is simpelweg te groot, de waarden en belangen van de 500 miljoen "EU-burgers" lopen te ver uiteen. Deze 500 miljoen "burgers" vormen geen collectief 'wij' dat de individuele nationale culturen sterk overstijgt en dat door de supranationale instituties van de EU vertegenwoordigd kan worden.
Natuurlijk hebben veel Europeanen belang bij de realisatie van waarden zoals veiligheid, schoon water, goede infrastructuur etc. Maar het gaat in de politiek om de concrete invulling van deze zeer algemene waarde-begrippen in sepcifieke situaties en omstandigheden en precies daar spelen de nationale culturen en instituties een belangrijke rol. Het bestaan van een nationale cultuur en instituties betekent doorgaans dat mensen gedeelde waarden en belangen hebben, die de basis kunnen zijn voor een breed gedragen invulling van algemene waarden zoals veiligheid etc. En dat is precies wat op het Europese supranationale niveau nog te weinig aanwezig is.
Wat deze heren ook heel goed zouden kunnen en moeten weten is dat het naleven van Europese regels en afspraken niet afgedwongen kan worden door meer Europese regels en afspraken. De kern van een echte politieke unie, in tegenstelling tot de huidige situatie en dominante bureaucratische denkwijze, is het vermogen om repressie toe te passen, of in ieder geval de geloofwaardige bereidheid en vermogen om repressie toe te passen. Het is het repressieve vermogen, zeg maar het hebben van tanks en de soldaten, dat de EU van een hoogdravende praatclub tot een werkelijke politieke unie zou maken. Dit is de ultieme consequentie van het streven naar een echte Europese politieke unie.
De heer Elian is er stellig van overtuigt dat een echte Europese politieke unie nooit een werkelijkheid zou worden. Ik wil mij niet aan toekomstvoorspellingen wagen, maar de euro-utopie waarvoor de genoemde heren tot het uiterste zouden willen gaan, zou ondanks alle mooie woorden in een euro-dystopie kunnen ontaarden: een ondemocratische EU met een effectief repressief vermogen. De hoofdingrediënten voor een dergelijke dystopie, de dwingende politieke logica van de eurocrisis en de wil om tot het uiterste te gaan om de eurozone te redden, zijn in ieder geval wel degelijk aanwezig. Het is daarom de vraag of Samsom, Pechtold en Buma, deze toonbeelden van Nederlandse gematigdheid en redelijkheid, niet een beetje roekeloos zijn geworden. Een sterke drug, de liefde voor de eurozone.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten