zaterdag 29 oktober 2011

Tegenlicht, of Tegen Licht?

Op 17 oktober 2011 ging het VPRO programma Tegenlicht over Israël en met name over de duistere invloed van dat land op het buitenlands beleid van Nederland met betrekking tot het Midden-Oosten en het Israëlische-Palestijnse conflict. Een aantal opmerkingen:
1
 De aankondiging van de uitzending ging als volgt: ’Bij ons op de redactie vragen we ons al jaren af waarom Nederland Israël steunt’. De eerste vraag die bij deze aankondiging gesteld moet worden is, wat bedoelt wordt met de claim dat Nederland Israël steunt en waar zijn de bewijzen voor deze bewering. Mag Nederland Israël nooit steunen? Kunnen we geen voorbeelden vinden van Nederlandse standpunten in zake het Midden-Oosten, die misschien door Israël niet zo gewaardeerd worden of werden? Wat zou Israël gedacht hebben van de benoeming van Beelaerts van Blokland als de eerste Nederlandse vertegenwoordiger bij de Palestijnse autoriteiten? Wat vindt Israël van de Nederlandse miljoenensteun aan de Palestijnen? Waarom hebben de almachtige duistere krachten deze steun niet kunnen verhinderen?

Een andere vraag: kunnen we bijvoorbeeld uit het gegeven dat Nederland recentelijk tegen de erkenning door de VN van Palestina was, concluderen dat Nederland aan de leiband van Israël loopt, dat Nederland in deze kwestie door duistere krachten was gedwongen of gemanipuleerd om Israël te steunen? Het simpele antwoord is nee: de conclusie dat Nederland in deze kwestie door duistere krachten was gedwongen of gemanipuleerd om Israël te steunen volgt simpelweg niet uit het gegeven dat Nederland in deze kwestie Israël steunde.

Maar belangrijker misschien is niet zozeer de vraag hoe vaak Nederland Israël steunt, maar de vraag waarom. De gedachte dat de verklaring voor deze steun iets te maken zou hebben met duistere krachten en kwaadaardige manipulaties zou enigszins aannemelijk kunnen zijn als er geen andere steekhoudende redenen zouden zijn die deze vermeende steun kunnen verklaren en/of rechtvaardigen. Laat ons kijken naar de positie van Nederland betreft de erkenning van Palestina, die door von der Dunk  als een voorbeeld werd aangehaald voor de onredelijkheid van de Nederlandse steun aan Israël. Zijn er werkelijk geen serieuze redenen die voor de Nederlandse positie in deze kwestie spreken? Natuurlijk wel! (zie o.a. hier, hier, hier en hier). De suggestie dat de pro-Israëlische positie van Nederland in deze kwestie het resultaat moet zijn van duistere krachten en kwaadaardige manipulaties wordt dus enigszins te snel getrokken. Hoe zou dat komen?
Een andere vraag die men in dit verband kan stellen is waarom de redactie van Tegenlicht zich niet bijvoorbeeld af vraagt waarom Nederland Turkije al jaren lang steunt? Het Turkse leger heeft immers sinds het begin van de jaren tachtig zo’n 40.000 Koerden gedood, duizenden steden en dorpen verwoest en miljoenen mensen op de vlucht gejaagd. Toch wil bijna de hele Nederlandse politiek Turkije bij de EU hebben. Waarom komt von der Dunk hier ook niet met suggestieve vragen en insinuaties over duistere krachten en kwaadaardige manipulaties? Zijn zulke suggesties en insinuaties alleen van toepassing op Israël?
2
Vervolgens proberen degenen die in het programma aan het woord zijn, in dit geval Thomas von der Dunk en Willem Beelaerts van Blokland, aan te tonen dat Nederland, in de woorden van de VPRO, ‘aan de leiband van Israël loopt’. Volgens deze heren gehoorzaamt Nederland dus aan Israël. Wat is het bewijs hier voor? Het hoofd argument hier voor is afkomstig van Beelaerts van Blokland. Deze man, die overigens van 1994 tot 1998 de eerste Nederlandse vertegenwoordiger bij de Palestijnse autoriteiten was voor hij het hoofd van de Midden-Oostenafdeling afdeling van Buitenlandse Zaken was, brengt het volgende argument naar voren.
De directeur-generaal van BuZa en andere hoge ambtenaren ontvingen wel eens berichten van de Organisatie Memri. In de berichten stonden anti- Israëlische en antisemitische uitspraken afkomstig van diverse Arabische media. De organisatie Memri is een NGO gerund door een voormalige inlichtingenofficier uit Israel. Volgens Beelaerts van Blokland werden deze berichten dan vaak doorgestuurd naar de minister. De minister schrok er vervolgens van en vroeg om uitleg. Volgens Beelaerts van Blokland moesten hij en andere MO-ambtenaren dan uitleggen dat Memri de Arabische media doorzoekt om er de meest haatzaaiende uitingen uit te halen. Maar volgens deze ambtenaren zijn deze uitingen absoluut niet representatief voor de Arabische media. En bovendien waren het volgens deze voormalige ambtenaar ook nog eens selectieve uitingen.
Het interessante is nu dat er in Tegenlicht uit het gegeven dat Memri berichten naar hoge ambtenaren stuurt de conclusie trekt dat Nederland aan de leiband van Israël loopt. Dat klopt niet. Uit het feit dat Memri, een NGO, weleens voorbeelden van anti-Israëlische en antisemitische uitingen in de Arabische media aan het ministerie stuurt volgt natuurlijk niet dat de staat Israël Nederland manipuleert of een pro-Israëlisch beleid opdringt. Wat beweegt Beelaerts van Blokland om zo’n evidente drogredenering te berde te brengen?
Nu de bewering dat het werk van de Memri selectief zou zijn.  Ten eerste, om Memri op dit punt van selectiviteit beschuldigen is net zo raar als de mensenrechtenrapporteurs van de VN er van beschuldigen dat zij alleen maar mensenrechtenschendingen zien. Ten tweede, je hoeft maar naar de beelden van de zogenaamde Arabische lente op de (niet zo pro-Israëlische) NOS te kijken en je komt anti-Israëlische en anti-joodse uitingen van zelf tegen. Met andere woorden, dit soort sentimenten leven nu eenmaal in de Arabische wereld, dat is een onbetwistbaar feit (zie hier, hier, hier, hier, hier). Het is ook bepaald niet gek dat Israël zich daar zorgen om maakt, zeker als het gaat om dat soort sentimenten in de Palestijnse samenleving (zie hier, hier, hier) waarmee Israël geacht wordt om vrede te sluiten. In het licht hiervan is het ook niet gek dat bezorgde Israëliërs die feiten kenbaar willen maken aan mensen en regeringen, die enige politieke invloed hebben. Waarom moeten deze ongemakkelijke waarheden verzwegen worden?  Waarom worden ze zo gemakkelijk naar de wereld van duistere krachten en manipulaties verwezen?
Over selectiviteit gesproken, is het de lezer ook opgevallen hoeveel rapportages de VPRO de afgelopen jaren over de Arabische dictaturen in het Midden-Oosten heeft gemaakt,of hoeveel rapportages van de VPRO gaan over racisme, Jodenhaat, indoctrinatie in het onderwijs, religieuze vervolgingen, ondermijning van het democratische proces,politieke gevangenen, standrechtelijke executies, menselijke schilden, de ondermijning van de persvrijheid, vrouwendiscriminatie en corruptie in de Palestijnse samenleving? De VPRO, die al jaren onverantwoord selectief is in haar berichtgeving over het Midden-Oosten, eist ongegeneerd de morele hoge grond op en beschuldigt Memri, een Israëlische NGO die de Nederlandse minister van buitenlandse zaken weleens evidente waarheden over het leven in het Midden-Oosten vertelt, van selectiviteit en manipulaties. Kan iemand deze logica nog volgen? In Israël noemen ze zoiets choetspa.
3
Een ander punt in dit programma is afkomstig van Petra Stienen, eveneens voormalig diplomaat en medewerker van de Nederlandse ambassade in Syrië. Zij vraagt zich af waarom Nederland qua buitenlandpolitiek altijd gericht is op eigenbelang, behalve waar het om Israël gaat. Hier spelen andere overwegingen. Namelijk dat Israël geïsoleerd is in het MO. Volgens Stienen zou het veel meer in het belang van Nederland zijn om tegen Israël te zijn, want dit ligt goed bij de Arabische landen die de zo broodnodige olie hebben.
Om te beginnen, moet men zich afvragen waar de feiten en argumenten zijn, die de bewering dat Israël van Nederland een bijzonder altruïstische behandeling geniet ondersteunen. Maar kennelijk zijn de basisprincipes van verantwoorde journalistiek in deze kwestie even aan de kant geschoven.  Een aantal aanvullende opmerkingen dus: de Nederlandse economie is een van de sterkste economieën in de wereld. Dit lijkt er op te wijzen (I) dat het wel meevalt met de schade die de Nederlandse politieke steun aan Israël veroorzaakt, of (II) dat het wel meevalt met de vermeende steun aan Israël waardoor de Arabische landen niet zoveel tegen Nederland hebben, of (III) dat de Arabische landen zich weinig druk maken over het Israëlische-Palestijnse conflict en de Nederlandse positie-inname daar omtrent. Hoe dan ook is het zeer de vraag of mevrouw Stienens argument wel opgaat. Mevrouw Stienen is ook iets te snel met het reduceren van het Nederlandse eigenbelang tot de oliebelangen van Nederland in het Midden-Oosten. Dit is een karikatuur van de Nederlandse belangen, die men simpelweg niet serieus kan nemen, laat staan dat men op grond van deze opvatting van de Nederlandse belangen de conclusie mag trekken dat de vermeende Nederlandse steun aan Israël in strijd is met het eigenbelang van Nederland.

Een ander interessant punt is dat mevrouw Stienen, die in eerste instantie het eigenbelang van Nederland voorop stelt, het steeds niet kan laten om de suggestie te wekken dat haar betoog eigenlijk moreel gemotiveerd is. Een impliciete element van haar betoog lijkt de morele veroordeling van Israël te zijn. Dat het mevrouw Stienen waar het  om buitenland politiek gaat in het algemeen niet om Nederlands eigenbelang gaat, maar om morele overwegingen blijkt bovendien ook  uit haar carrière als diplomate. Ze heeft zich immers bezig gehouden met mensenrechten in het Midden-Oosten. Dit is voor iemand die vindt dat buitenland politiek om eigenbelang moet gaan toch wel een heel merkwaardige keuze. Bovendien heet mevrouw Stienen recentelijk een boek geschreven met de titel Dromen van de Arabische lente. Dit boek gaat over de dromen van Egyptenaren en Syriërs over vrijheid, democratie, en de rol van de Islam. Dit is wederom een merkwaardige keuze voor iemand die het om Nederlands eigenbelang is te doen.
Voor iemand die zich jaren lang als diplomate voor de mensenrechten in Egypte en Syrië heeft ingezet en die veel kritiek had en heeft op de oliepolitiek van het Westen is het merkwaardig dat mevrouw Stienen zich nu, in het geval van Israël, plotseling van dezelfde olieargumenten bedient. Met andere woorden, mevrouw Stienen is kennelijk van mening dat de oliepolitiek van het Westen verwerpelijk is wanneer het ten koste gaat van de mensenrechten in het Midden-Oosten, maar als het gaat om het voortbestaan, of in ieder geval de veiligheid van de Israëlische burgers, dan moeten we niet zeuren, niet te soft zijn en gewoon keihard het eigenbelang nastreven.
We kennen mevrouw Stienen al een tijdje en we weten dat zij een intelligente vrouw is, met een genuanceerde geest en een sterk empathisch vermogen. We vragen ons juist daarom af waar deze goede eigenschappen in deze Tegenlichtuitzending gebleven zijn? Wat is er hier in hemelsnaam aan de hand?
4
Wat nog opmerkelijk is, is dat Thomas von der Dunk er keer op keer op wijst dat alleen de VS en Nederland Israël steunen, terwijl de rest van de wereld er anders over denkt. Feitelijk gesproken is deze uitspraak simpelweg onwaar. Kijk bijvoorbeeld naar de discussie in de EU over de erkenning van Palestina. Nederland stond in die discussie bepaald niet alleen. Nederland moet zich volgens von der Dunk meer van de rest van de wereld aantrekken. Dat is wederom interessant. Klaarblijkelijk mag Nederland dus alleen maar de meerderheid volgen. Als de meeste landen een of ander standpunt hebben, dan zal dat wel kloppen, en Nederland mag er vooral niet anders over denken. Wij zijn bijvoorbeeld benieuwd wat de heer von der Dunk zal zeggen als onder druk van bepaalde landen een meerderheid in de VN zal ontstaan om de vervolging van homoseksuelen buiten het mensenrechtenregime van de VN te zetten. Het argument van de heer von der Dunk is wederom geen inhoudelijk argument dat bewijst dat Nederland aan de leiband van Israël loopt, maar een samenraapsel van onwaarheden, onzin en schimmige insinuaties.
5
Deze Tegenlichtuitzending suggereert keer op keer dat alleen mensen die onder de invloed zijn van duistere krachten of mensen die lijden aan een wel zeer merkwaardige geestelijke gesteldheid Israël als een acceptabele staat zien. Hier wordt echter geen enkel coherent argument voor geleverd. We kunnen dan ook niet anders dan concluderen dat het programma een zuiver retorisch doel dient: de delegitimatie van de staat Israël. We vragen ons af wat voor een motief hieronder kan liggen. Welnu, de verborgen doch alom aanwezige premisse van deze Tegenlichtuitzending , die onze vraag goeddeels beantwoordt, is de categorische morele veroordeling van de staat Israël. Dit is immers de hoofdreden waarom in die uitzending steeds weer naar duistere krachten en kwaadaardige manipulaties geïnsinueerd wordt bij de verklaring van de vermeende Nederlandse steun aan Israël: kennelijk kunnen er geen goede redenen zijn om Israël te steunen, alleen maar kwaadaardige en/of valse motieven. Deze veroordeling wordt echter nooit onderbouwd. Kennelijk is het voor ieder weldenkend mens geheel duidelijk dat Israël een moreel verwerpelijk land is.  En kennelijk ligt de morele verwerpelijkheid van Israël geheel buiten het domein van redenen en argumenten.

De VPRO goes Julius Streicher!


(Ludwig Kamphausen en de idijood)

zaterdag 22 oktober 2011

De Nuttige Wetenschap is...

De gedachte dat de wetenschap nuttig moet zijn, dat de wetenschap in dienst moet staan van de doelen van de samenleving, vindt steeds meer weerklank in onze samenleving. Zo hebben wij een tijdje geleden kunnen lezen dat het kabinet van plan is:

“[...] om wetenschap vooral in te zetten voor commerciële toepassingen. Daartoe wordt 350 miljoen euro, die bestemd is voor fundamenteel onderzoek, anders besteed. Het geld moet naar innovatieve projecten, waar Nederland economisch sterker van wordt. Het gaat in totaal om negen sectoren: energie, tuinbouw, high-tech, logistiek, water, agrofood, chemie, life sciences en creatieve industrie.” (lees hier)

In het belangrijke adviesrapport van de commissie ‘Toekomst Bestendig Hoger Onderwijs Stelsel’ wordt over wetenschappelijk onderzoek ook vooral in termen van nut gedacht, van de bijdrage ervan aan de kenniseconomie. Zo schrijft de commissie Veerman:

“Nederland kent een kennisparadox: ons land heeft veel toponderzoekers in huis maar ziet weinig kans hier commercieel voordeel uit te halen.”

“De Nederlandse ambitie om in de top 5 van de Global Competitiveness Index (GCI) te staan (OCW/EZ, 2009) lijkt nauwelijks te realiseren met de huidige investeringen in het hoger onderwijs en onderzoek [...]Kennis en innovatie – waar we het in de toekomst juist van moeten hebben – worden verwaarloosd.”

En onze universiteiten, de bastions van fundamenteel belangeloos onderzoek zou je denken, zijn tegenwoordig al te graag bereid om hun steentje bij te dragen aan de Nederlandse kenniseconomie. Zo lezen wij dat:

“Het kabinet wil Nederland in de top 5 van kenniseconomieën brengen. De universiteiten ondersteunen deze ambitie volop en willen daar de komende jaren aan werken. De adviezen van de commissie Veerman om het hoger onderwijs toekomstbestendig te maken staan hoog op de agenda’s van de universiteiten. Universiteiten willen bijdragen aan de topsectoren die door het kabinet benoemd zijn.” (zie hier)

Nut en wetenschap gaan altijd hand in hand en ze zouden naar alle waarschijnlijkheid ook hand in hand blijven gaan. We hebben nu eenmaal praktische problemen en wensen en de wetenschap kan ons helpen om die op te lossen en in vervulling te laten gaan. Onze belangstelling voor de wetenschap en de motivatie om wetenschap te bedrijven hangen dus sterk samen met de nuttigheid van de wetenschap en dat is op zichzelf geen probleem. Het wordt wel een probleem wanneer nuttigheid het dominante ordeningsprincipe van de wetenschappelijke praktijk wordt: wanneer wetenschap vooral als een middel wordt gezien om concrete praktische problemen op te lossen en doelen te realiseren, en dat ten koste van fundamenteel wetenschappelijk onderzoek.

Fundamenteel wetenschappelijk onderzoek, het proces van formulering, toetsing, herziening en verwerping van beschrijvende en verklarende theorieën, verschaft ons nieuwe inzichten in en kennis van bepaalde aspecten van onze werkelijkheid. Met deze nieuwe inzichten en kennis kunnen we soms in tweede instantie concrete praktische problemen oplossen en wensen in vervulling laten gaan, die wij voorheen niet konden oplossen of vervullen. De computer, om een aansprekend voorbeeld te noemen, zou ondenkbaar zijn geweest zonder het fundamentele werk van filosofen en wiskundigen zoals Gottlob Frege, Bertrand Russel en Alan Turing; en de nieuwerwetse navigatiesystemen in onze mobiele telefoons en auto’s, zijn mede mogelijk gemaakt door Albert Einstein’s relativiteitstheorie. De gedachte dat fundamenteel onderzoek niet nuttig zou zijn is dus zeker niet onproblemeatisch. De relatie tussen de nut en de fundamentele wetenschap gaat echter verder dan dit.

De nuttige wetenschap en de fundamentele wetenschap zijn sterk met elkaar verbonden. De inzichten en kennis dat fundamenteel wetenschappelijk onderzoek ons verschaft zijn in een belangrijke mate bepalend voor de wensen en praktische problemen die we met de toegepaste wetenschap willen oplossen en vervullen. Met andere woorden, onze praktische wensen en problemen vooronderstellen bepaalde fundamentele inzichten en kennis. De fundamentele wetenschap is daarom niet zomaar een mogelijke bron van nuttige toevalstreffers, die wetenschap is essentieel voor onze vermogen om onze praktische problemen op te lossen en doelen te realiseren.

Laat ons bijvoorbeeld kijken naar de wens om een commercieel succesvol kunsthart te maken. Deze wens vooronderstelt o.a. kennis van de bloedsomloop en de functie van het hart daarin. Zonder deze fundamentele kennis zou de wens om kunsthart te maken simpelweg niet bij ons kunnen opkomen. Hetzelfde geldt in principe voor de hartproblemen waarvoor een kunsthart een mogelijke oplossing zou zijn. Zonder kennis van de bloedsomloop en de hartfunctie, zouden we niet kunnen zeggen dat een hart niet of slecht functioneert. Omdat onze notie van hartproblemen op die manier gerelateerd is aan onze kennis van de bloedsomloop en de hartfunctie, zijn ook de mogelijke oplossingen voor dat soort problemen aan deze fundamentele kennis gerelateerd. Deze kennis verschaffen ons immers de standaard van gezondheid, die een goed functionerend kunsthart zou moeten kunnen realiseren (de juiste bloeddruk in de juiste richting etc.). Daarnaast bevatten deze kennis talloze aanwijzingen wat betreft de technische eigenschappen van een kunsthart (vorm, opbouw, grootte, materialen etc.). Onze fundamentele kennis van de bloedsomloop en de hartfunctie zijn dus niet louter weetjes die toevalligerwijze soms nuttig kunnen te zijn. Ze werken door, om het zo te zeggen, tot in de kleinste details van het maken van een goed functionerend kunsthart. Zonder deze kennis zou de wens om een commercieel succesvol kunsthart te maken simpelweg ondenkbaar zijn, laat staan mogelijk.

Stel je nu voor dat men een kunsthart ontwikkelt dat vervolgens blijkt niet goed te functioneren. Dit zou best een technisch probleem kunnen zijn, dat wil zeggen een probleem waarbij de fundamentele kennis van de bloedsomloop en de hartfunctie niet goed toegepast worden. Dit probleem zou echter ook fundamenteel kunnen zijn, d.w.z. een probleem waarbij het kunsthart technisch goed uitgevoerd is, maar waar men kennelijk bepaalde dingen over de bloedsomloop en de hartfunctie niet (voldoende) weet. Nou, als wetenschap louter een middel zou zijn geweest om concrete praktische problemen op te lossen, dan zou men in het tweede geval het probleem niet meer kunnen oplossen. M.a.w. het idee van de nuttige wetenschap lijkt te veronderstellen dat we alles al weten en dat het in de wetenschap slechts om de toepassing van die kennis gaat, slechts om technische kennis. Dit is sowieso onwaar, maar hiermee lopen wij ook het grote risico, dat onze vermogen om praktische problemen op te lossen en doelen te realiseren al snel terugloopt, zo niet tot stilstand komt.

Fundamenteel onderzoek is dus niet louter een mogelijke bron van toevallige nuttige ontdekking. Het nut van de wetenschap is sterk afhankelijk van het in beginsel nutteloze, fundamentele zoektocht naar inzicht en kennis in verschillende aspecten van onze werkelijkheid. Door fundamenteel onderzoek steeds verder uit te kleden, komt de ontwikkeling van onze fundamentele kennis langzaam tot stilstand en daarmee ook onze vermogen om concrete praktische problemen het hoofd te bieden en onze wensen in vervulling te laten gaan.

"Je moet denken aan een soort ketel waarin van alles staat te pruttelen met een vuurtje eronder", zegt [filosoof Peter-Paul] Verbeek. "Dat vuurtje is fundamenteel onderzoek. Als je dat vuurtje lager draait, gaat er niks meer borrelen, dan houdt het allemaal op." (zie hier)

De nuttige wetenschap is daarom een paradoxaal idee: door de wetenschap nuttiger te maken wordt de wetenschap steeds nuttelozer. De nuttige wetenschap is niet nuttig!

Wil iemand snel premier Rutte bellen?

donderdag 20 oktober 2011

Indianen: het vervolg II

In juli had ik een blog geschreven over de wijze waarop houthakbedrijven in Brazilië met Indianen omgaan. Ik had hier destijds ook een aantal politieke partijen over aan geschreven. De VVD liet toen weten dat ze deze kwestie met de minister zouden bespreken. Ik heb recentelijk gevraagd hoe het hier mee staat, maar ik heb geen antwoord gekregen.

GroenLinks schreef me in juli dat ze deze kwestie pas na het zomerreces konden bespreken. Vorige week heb ik, nadat ik de kwestie nog een keer had aangekaart, een reactie ontvangen:

''Om deze mensen te beschermen, en hun repressie tegen te gaan, zullen wij de komende periode hard gaan inzetten op Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) en mensenrechten in het buitenlandse beleid. Wij denken dat dit een reële optie is kijkend naar dit kabinet en de beperkte mogelijkheden van een Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken.''

Hoe kun je nou met maatschappelijk verantwoord ondernemen komen als er op mensen geschoten wordt?

En:

''Om mensen zoals de indianen te helpen vinden wij dat er zeer concrete voorwaarden voor Nederlandse steun aan bedrijven moet komen. Als er Nederlandse betrokkenheid is bij de aanvallen op de indianen, dan zal aan deze een halt worden toegeroepen. Ook zullen Nederlandse bedrijven openheid moeten geven over de gehele productieketen. Maken bedrijven dus gebruik van hout uit bossen waar indianen worden aangevallen worden, dan zal dit zeker consequenties kennen.

Onzes inziens is dit de beste oplossing die wij als politieke oppositiepartij kunnen bieden aan de daden van de houtkappers. We zullen hier bij de begrotingsbesprekingen van Buitenlandse Zaken de komende maand veel aandacht aan besteden en ook later op inzetten.''

Zou het misschien een idee zijn om druk uit te oefenen op de Braziliaanse overheid om de Indianen te helpen?

Ludwig Kamphausen

woensdag 19 oktober 2011

Human Rights Kwatch

Dit is what de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch te zeggen heeft naar aanleiding van de bevrijding van Gilad Shalit: “Israel: Follow Prisoner Exchange by Ending Blockade
“The prisoner exchange between Israel and Hamas should mark the beginning of an era in which all parties respect basic rights,” said Joe Stork, deputy Middle East director at Human Rights Watch. Gaza’s civilians should no longer suffer under Israel’s punitive blockade, and Hamas should end abuses of detainees, whether Israeli or Palestinian.” (lees verder)
Dit is het afgekeurde alternatief van de idijood: “Israel and Hamas: Follow Prisoner Exchange by Holding Each Other’s hands, Hugging Each Other, and Singing Together... ”

“When the moon is in the Seventh House        
And Jupiter aligns with Mars                                   
Then peace will guide the planets                        
And love will steer the stars                                    

This is the dawning of the Age of Aquarius       
Age of Aquarius                                                            
Aquarius!  Aquarius!
                                              
Harmony and understanding                   
Sympathy and trust abounding               
No more falsehoods or derisions          
Golden living dreams of visions             
Mystic crystal revelation                           
And the mind's true liberation
Aquarius!  Aquarius!...”              

vrijdag 14 oktober 2011

Het Haagse Realiteitsbesef

Jolanda Sap, de baas van GroenLinks die de Nederlandse (niet militaire) missie naar de Afghaanse provincie Kunduz tot tranen toe heeft gesteund, is afgelopen woensdag (12/10) bij Pauw en Witteman te gast geweest (zie uitzending hier). Onder druk van mevrouw Sap en haar partij heeft de Nederlandse regering expliciet met de Afghanen afgesproken dat agenten die door Nederland worden opgeleid niet gaan vechten. Dit beperkte Haagse mandaat blijk nu niet met de Afghaanse werkelijkheid te stroken. In de uitzending waren de volgende knelpunten aan de orde:
 “Een deel van de Nederlandse trainers die begin november hopen te vertrekken naar Kunduz, wordt mogelijk afgebeld. Het is niet zeker of er genoeg werk voor hen is op de politieschool in de Afghaanse provincie. Dat zegt een Defensiewoordvoerder in Kunduz. [...] In Kunduz zijn overigens genoeg Afghaanse agenten die nog een opleiding nodig hebben, stelt Defensie. Dat opleiders niet aan de slag zouden kunnen, wordt vooral veroorzaakt door het beperkte Haagse mandaat. Daarin staat dat Nederlanders alleen civiele politie mogen opleiden. Afghaanse autoriteiten en de NAVO-trainingsmissie (NTM-A) hebben voor de komende acht weken echter besloten dat drie van de vier klassen op de politieschool in Kunduz bestaan uit rekruten van de militaire grenspolitie. Zij mogen geen les krijgen van Nederlanders, omdat zij vechtbevoegdheden hebben.” (lees hier)
Fragment Natalie Righton: “De woorden van [onze] parlementariërs en militairen staan in zeer zeer schril contrast met wat je op straat hoort [...] Als ik met een agent, een politie agent in Kunduz praat en probeer uit te leggen dat jullie mogen straks niet meer vechten, dan moet mijn vertaler die vraag al vier keer herhalen omdat mensen het niet snappen. [agent:]Wie moet dan tegen de Taliban vechten, jullie willen toch dat de Taliban verdwijnt?’ ‘[NR:] Ja, dat willen de politici wel, maar die willen dat het leger het doet en niet dat jij dat doet.’ [agent:] ‘Maar hier in het dorp is er helemaal geen leger, waar heb je het over, natuurlijk moet ik het doen.”
“De Tweede Kamer wil dat het kabinet voor donderdagmiddag schriftelijk ingaat op een rapport van de Verenigde Naties over martelingen in Afghaanse gevangenissen, waaronder die in de provincie Kunduz.”(lees hier)
Mevrouw Sap vocht dapper terug: hoop, lange termijnvisie, kleine zetjes in de goede richting, begrijpelijk pessimisme, mensenrechtraining, realisme, verschillende perspectieven, ordehandhaving, wat de mensen in Afghanistan nodig hebben, wederopbouw, Rutte, kabinet, stekkers... 
Ik, de idijood, moest plotseling denken aan meneer Muhammad Saeed al-Sahhaf. Met zijn gladgestreken uniform een mooie zwarte baret stond hij daar in de schuddende bunker, onverhinderd door de flikkerende verlichting en de neerdalende stuc en plafondonderdelen, ten overstaan van de hele werled de pijnlijke werkelijkheid van het slagveld te ontkennen:

         “I now inform you that you are too far from reality.”

vrijdag 7 oktober 2011

Ashton en Abbas: de Fantasiewereld van Onze Meesters in Brussel

In de Euobserver konden we de afgelopen dagen een verslag lezen van een toesprak die mevrouw Catherine Ashton, de buitenlandgezant van de Europese Unie,  heeft gehouden tijdens een politiek overleg over de positie van de EU in kwestie de erkenning van Palestina.

“She began the meeting in Strasbourg with a formal statement against Israel's new decision to build 1,100 Jewish housing units on Palestinian land at its Gilo settlement. "This plan should be reversed. Settlement activity threatens the viability of an agreed two-state solution and runs contrary to the Israeli stated commitment to resume negotiations," she said. She later added on a personal note: "I have condemned settlement activity every time it was announced - I have made six statements this year, plus one Quartet [a joint EU, Russia, UN and US body] statement plus the comment today ... Each time I have met him [Israeli leader Benjamin Netanyahu] I have told him settlements are illegal under international law."
She also praised Palestinian leaders Mahmoud Abbas and Salam Fayyad: "They are people who hold the values we hold dear in their hearts. They believe in the values we hold ...”

Een aantal opmerkingen en vragen naar aanleiding van deze opmerkelijke uitspraken van mevrouw Ashton, het buitenlandgezant van de EU:

De bouwactiviteiten van Israel  in de wijk Gilo, Jeruzalem, zouden volgens het internationale recht misschien illegaal zijn, maar de erkenning van Palestina, waar mevrouw Ashton in haar toespraak voor pleit, zou volgens het internationale recht ook illegaal zijn:

"We, the undersigned, attorneys from across the world who are involved in general matters of international law, as well as being closely concerned with the Israeli-Palestinian dispute, appeal to you to use your influence and authority among the member states of the UN, with a view to preventing the adoption of the resolution that the Palestinian delegation intends to table at the forthcoming session of the General Assembly, to recognize a Palestinian state "within the 1967 borders. By all standards and criteria, such a resolution, if adopted, would be in stark violation of all the agreements between Israel and the Palestinians, as well as contravening UN Security Council Resolutions 242 (1967) and 338 (1973) and those other resolutions based thereon.” (lees verder)

Een vraag: vindt mevrouw Ashton dat het internationale recht wel van toepassing is op Israël, maar niet op de Palestijnen?

"This past August 27, two days short of the anniversary of the Khartoum summit’s opening, Abbas chose to echo its rejectionist sentiments. He announced three “no's” of his own: no to recognizing a Jewish state, no to tolerating Jewish settlement blocs and no to forgoing the demand that Israel be overrun by untold millions of hostile Arabs (marketed to all and sundry as the Right of Return).”(lees verder)

“Abbas Zaki [een prominent lid van Abbas’ Fatah-beweging): Een akkoord zou moeten gebaseerd worden op de grenzen van 4 juni 1967. Wanneer wij zeggen dat een akkoord op deze grenzen zou moeten worden gebaseerd, begrijpt president [Abbas], begrijpen wij en weet iedereen dat het grotere doel niet in één keer kan worden verwezenlijkt. Wanneer Israël zich uit Jeruzalem terugtrekt, de 650.000 kolonisten evacueert en de [veiligheids-]muur ontmantelt, wat zal er dan van Israël worden? Dat zal het einde [van Israël] betekenen Als wij zeggen dat wij Israël willen wegvagen [van de map]… Komaan zeg, zoiets [zeggen] ligt veel te moeilijk. Het is geen [aanvaardbare] politiek om zoiets te zeggen. Zeg deze dingen niet aan de wereld. Hou die voor jezelf. (Met dank aan brabosh.com) (bekijk filmpje).

Een vraag: vindt mevrouw Ashton ook dat de staat Israël niet zal mogen voortbestaan?

“We have frankly said, and always will say: If there is an independent Palestinian state with Jerusalem as its capital, we won’t agree to the presence of one Israeli in it,” Abbas told reporters in Ramallah.” (lees verder)

“In June, Palestinian Authority (PA) President Mahmoud Abbas told the Arab League that the future Palestinian state should be free of Israelis (that is Jews, since virtually no other Israelis live in the West Bank). He reiterated this vision of a Judenrein Palestine last month, telling a delegation of visiting members of Congress that "I am seeking a Palestinian state in the West Bank and Gaza Strip, with Jerusalem as its capital, empty of settlements." (lees verder)

Een vraag: vindt mevrouw Ashton ook dat Palestina Judenrein zou moeten zijn?

“I keep getting emails asking me about his [Abbas’] Holocaust denial. I deal with this in my book, History on Trial, briefly at the end. To summarize, even more briefly: He did engage in denial when he wrote his Ph.D. thesis in the early 1980s in Moscow. More recently he has said that were he writing it now he would not have said what he did [there were only 1,000,000 victims etc.] I wish he had made a more vigorous retraction.” (lees verder)

Een vraag: vindt mevrouw Ashton ook dat de Zionisten (lees Israël) de feiten van de Holocaust manipuleren en overdrijven voor politiek gewin?

"The US and EU taxpayers need to ask their governments why they continue to fund and train Palestinian security forces that are harassing and intimidating women [...] Palestinian women have become the latest victims of a security crackdown launched by Palestinian Authority security forces that are funded, equipped and trained by Americans and Europeans” (lees verder).

Een vraag: vindt mevrouw Ashton ook dat politieke tegenstanders van Abbas geïntimideerd mogen worden en dat ze zonder een eerlijk proces in de gevangenissen van de Palestijnse Autoriteit mogen belanden?

Een vraag: vindt mevrouw Ashton dat dit een waardevolle besteding is van het geld van de Europese belastingbetaler, van zogenaamde ontwikkelingshulp?

“Palestinian Authority school textbooks and official government media practice routine indoctrination and denial of Israel’s right to exist, according to a report to be issued on Sunday by Palestinian Media Watch. PMW founder and director Itamar Marcus said on Thursday, “The denial of Israel’s right to exist is one of the foundations of Palestinian identity and one of the most basic, intrinsic problems” preventing a peaceful resolution to the Arab-Israeli conflict.”(lees verder)

Een vraag: vindt mevrouw Ashton dat Palestijnse kinderen op school geïndoctrineerd mogen worden om Israëlische kinderen te haten?

“Shabaneh said that many Palestinians in the West Bank have lost hope that the PA would one day be reformed. “The Palestinian Authority is very corrupt and needs to be overhauled,” he said. Shabaneh cited several specific cases of alleged corruption within Fatah and the PA in the course of the interview, including asserting that Fatah personnel stole much of a $3.2 million donation given by the US to Fatah ahead of the 2006 Palestinian parliamentary election, won by Hamas, which had been intended to improve Fatah’s image and boost its chances of winning.” (lees verder)

Een vraag: vindt mevrouw Ashton dat politici op systematische wijze (gedoneerd!) publiek geld mogen stelen en gebruiken voor privedoeleinden?

Het gezonde verstand en het fatsoen nopen ons om aan te nemen dat mevrouw Ashton de hierboven gestelde vragen negatief zou hebben beantwoord. Maar, zoals de hierboven genoemde feiten aantonen, dit maakt haar steun  voor de erkenning van Palestina en de uitspraak dat ‘wij in dezelfde waarden geloven als Abbas’ alleen maar merkwaardiger. Wat bezielt onze meesters in Brussel? Het lijkt alsof die mensen in een zelfgemaakte fantasiewereld leven waar de echte werled geen ingang meer heeft.

De Amerikaanse journalist en schrijver Upton Sinclair zei ooit:

“It is difficult to get a man to understand something when his salary depends upon his not understanding it."

Was het maar zo banaal...

zaterdag 1 oktober 2011

Palestina en de Wonderenwereld van de Verenigde Naties

Afgelopen week heeft “president” Abbas officieel om een erkenning door de VN van de staat Palestina gevraagd. De behandeling van dit verzoek zal waarschijnlijk nog even op zich laten wachten en het is nog maar de vraag of dit verzoek om het vereiste positieve advies van de Veiligheidsraad kan rekenen. Maar het staat nu al vast dat de Algemene Vergadering van de VN in ruime meerderheid, 122 staten om precies te zijn, vóór de erkenning van Palestina zal stemmen. De erkenning van Palestina door de Algemene Vergadering van de VN zal weer een dieptepunt zijn in de toch al treurige geschiedenis van deze organisatie.
1. De VN en de internationale vrede en veiligheid 

In artikel 1(1) van de VN-handvest staat het eerste doel van de VN:
“To maintain international peace and security, and to that end: to take effective collective measures for the prevention and removal of threats to the peace, and for the suppression of acts of aggression or other breaches of the peace, and to bring about by peaceful means, and in conformity with the principles of justice and international law, adjustment or settlement of international disputes or situations which might lead to a breach of the peace;”
De erkenning door de Algemene Vergadering van de VN van een Palestijnse staat binnen de “grenzen” van 1967 zou een schending zijn van meerdere VN-resoluties (o.a. 242 en 338), de VN-handvest (o.a. art. 80) en meerdere internationale verdragen (waaronder de Oslo Akkoorden). (Het volledige argument is hier te lezen). Met de erkenning van Palestina ondermijnt de VN de internationale rechtsorde en de eigen rol als betrouwbare en onpartijdige handhaver van de internationale vrede en veiligheid en daarmee ook de eigen doelstellingen zoals deze in artikel 1 van de VN-handvest zijn vastgelegd.
2. Het verbod op oorlog en de VN-lidmaatschapsvoowaarden
In artikel 2(4) van de VN-handvest staat:
“All Members shall refrain in their international relations from the threat or use of force against the territorial integrity or political independence of any state, or in any other manner inconsistent with the Purposes of the United Nations.”
In Artikel 4(1) van de VN-handvest staat:
“Membership in the United Nations is open to all other peace-loving states which accept the obligations contained in the present Charter and, in the judgment of the Organization, are able and willing to carry out these obligations.”
En dit is wat de Hamas in deze kwestie te zeggen heeft:
“Israël zal opkomen en zal overeind blijven tot de islam het elimineert, net zoals die de voorgangers ervan heeft geëlimineerd [...] De Islamitische Verzetsbeweging is een specifiek Palestijnse beweging die haar trouw aan God verschuldigd is, haar levenswijze aan de islam ontleent en ernaar streeft het vaandel van God over iedere centimeter van Palestina te doen wapperen.” (zie de Hamas-handvest).
En hier is de gematigde president Abbas:
“Palestinian Authority President Mahmoud Abbas' stated recognition of Israel's right to exist is part of a "political calculation" aimed at ultimately destroying the Jewish state, a terror group leader and member of Abbas' Fatah party told WND in an interview.” (lees verder)
Met de erkenning van Palestina gaat de VN een staat erkennen wiens politieke leiders, zowel Hamas als Abbas en zijn Fatah-beweging, herhaaldelijk en ondubbelzinnig te kennen hebben gegeven uit te zijn op de vernietiging van de staat Israël, ook door het gebruik en het aanmoedigen van geweld (zie hier, hier, hier, hier en hier). De erkenning van Palestina zou daarom in strijd zijn met de geest (en misschien zelfs een schending) van artikelen 2(4) en 4(1) van de VN-handvest en met de doelen van de VN (art. 1(1)).
3. De VN en de mensenrechten
In artikel 1(3) van de VN-handvest staat dat een doel van de VN is:
“To achieve international co-operation in solving international problems of an economic, social, cultural, or humanitarian character, and in promoting and encouraging respect for human rights and for fundamental freedoms for all without distinction as to race, sex, language, or religion;”
In artikel 55 van de VN-handvest staat:
“[…] the United Nations shall promote […] universal respect for, and observance of, human rights and fundamental freedoms for all without distinction as to race, sex, language, or religion.”
Artikel 2 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens die door een VN-resolutie in december 1948 unaniem is aangenomen zegt:
“Everyone is entitled to all the rights and freedoms set forth in this Declaration, without distinction of any kind, such as race, colour, sex, language, religion, political or other opinion, national or social origin, property, birth or other status. Furthermore, no distinction shall be made on the basis of the political, jurisdictional or international status of the country or territory to which a person belongs, whether it be independent, trust, non-self-governing or under any other limitation of sovereignty.”
En dit is wat de Hamas over deze kwestie zegt:
“Hamas heeft ernaar verlangd Gods belofte ten uitvoer te leggen, hoeveel tijd dat ook kost. Mohammed ... zei: "De dag des oordeels zal niet komen, totdat de joden zich achter rotsen en bomen verstoppen, die zullen zeggen: 'O moslims, o Abdullah, achter mij zit een jood, kom hier en dood hem'” (zie de Hamas-handvest).
“The enemies of Allah] do not know that the Palestinian people has developed its [methods] of death and death-seeking. For the Palestinian people, death has become an industry, at which women excel, and so do all the people living on this land. The elderly excel at this, and so do the mujahideen and the children. This is why they have formed human shields of the women, the children, the elderly, and the mujahideen, in order to challenge the Zionist bombing machine. It is as if they were saying to the Zionist enemy: "We desire death like you desire life." (Lees verder)
En hier is de gematigde president Abbas:
“We have frankly said, and always will say: If there is an independent Palestinian state with Jerusalem as its capital, we won’t agree to the presence of one Israeli in it,” Abbas told reporters in Ramallah.” (lees verder)
“Palestinian women have become the latest victims of a security crackdown launched by Palestinian Authority security forces that are funded, equipped and trained by Americans and Europeans […] In the past few weeks, at least five women from the West Bank have been detained, beaten or summoned for interrogation by the Palestinian Authority's General Intelligence Service and Preventative Security Force. One could understand if such practices were taking place under Hamas in the Gaza Strip. But why does the fact that award-winning female journalist Majdoleen Hassouneh has to go into hiding to avoid being arrested by the Preventative Security Force in Nablus […]? Hassouneh, a recipient of the Thomson Award for her investigative reporting, is wanted by the Palestinian security force for daring to cover a sit-in strike held by families of Palestinians who are detained in Palestinian prisons in the West Bank […] The Palestinian Authority is targeting women because they are easy prey -- and as a means to intimidate others.” (lees verder)
Met de erkenning van Palestina gaat de VN een staat erkennen die de eigen bevolking onderdrukt en de mensenrechten schendt (zie ook hier en hier); wiens politieke leiders en instituties doelbewust en regelmatige Jodenhaat propageren (zie ook hier en hier); en wiens politieke leiders herhaaldelijk te kennen hebben gegeven dat de toekomstige Palestina judenrein zou moeten zijn (zie ook hier en hier). De onderdrukking van de eigen bevolking en de racistische praktijken en intenties van Palestijnse leiders en instituties zijn in strijd met de geest van artikelen 55 van de VN-handvest, met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en met de doelen van de VN (art. 1(3)).
Artikel 6 van de VN-handvest verklaart:
“A Member of the United Nations which has persistently violated the Principles contained in the present Charter may be expelled from the Organization by the General Assembly upon the recommendation of the Security Council.”
Volgens artikel 6 van de VN-handvest zouden de leden van de VN zichzelf collectief uit de VN moeten zetten, maar dat betekent wel dat ze  een keer in overeenstemming met de eigen handvest zouden moeten handelen. Oy vey!